Hoe is het nu met Boef?
Op dit moment is hij perte totale. Hij ligt hier naast mij te slapen. We zijn nu een paar dagen in Antwerpen en hij is nog altijd heel snel overprikkeld door andere honden en geuren die hij vroeger eigenlijk nooit heeft gekend. Hij vindt dat wel superplezant, want hij is heel nieuwsgierig, maar we zijn nu een halfuurtje buiten geweest en dan moet hij echt terug gaan rusten om die prikkels te verwerken. Dat is echt opvallend. Ik heb dat ook wel een beetje, maar ik ben de stad wel al gewoon. Voor zo’n dier dat is opgegroeid in het wild is dat natuurlijk een totaal andere wereld.

Heb je nog nieuwe commando’s kunnen aanleren?
De high five. Hij kan die ondertussen al, maar hij doet het alleen maar voor eten. Dus het is een compleet eigenzinnige hond, wat niet zo gemakkelijk is. Ik denk dat dat ook wat te maken heeft met het feit dat we hem pas hebben leren kennen toen hij al een jaar oud was. Dat schatten we ongeveer, want we weten niet wanneer hij is geboren. Dan is het ook moeilijker om nog van alles aan te leren. Hij leert wel snel en graag ondertussen, maar hij doet het alleen maar voor een snoepje. Als hij weet dat ik geen snoepje in mijn handen heb, doet hij het nooit. Voor eten doet hij alles. Gelukkig hebben we dat, maar echt gehoorzaam is dat toch nog niet, helaas.

Wat heeft je overtuigd om het verhaal van Boef om te zetten in een boek en te delen met de wereld?
Het was geen geplande adoptie, zoals je ook kan lezen in het boek. Toen hij pas bij ons was aangekomen, waren we totaal niet voorbereid. Marnix (Peeters, nvdr) had wel een hond gehad in zijn jeugd, maar dat is ook al lang geleden. Ik had vroeger katten, maar dat is helemaal iets anders dan een hond en dan nog eens een wild geval. We waren niet voorbereid en ik heb dan proberen mijn schade in te halen door superveel te beginnen lezen. Alle soorten hondentrainingsboeken, ook romans over honden, alles wat ik kon vinden eigenlijk. Ik heb tientallen boeken gelezen, echt letterlijk, om eraan uit te kunnen.
In de Engelse literatuur vind je vaak non-fictie verhalen over honden. Als ik die boeken las, dacht ik altijd: “Dat verhaal van Boef is eigenlijk gewoon nog straffer.” Hij is in het wild opgegroeid en heeft met andere honden samengeleefd. Dan toevallig loopt hij twee mensen tegen het lijf die, ook toevallig, op hetzelfde moment aankomen als hij. Daarna naar een andere wereld ontvoerd worden, want zo moet het voor hem wel gevoeld hebben. Als je dan ziet dat hij zulke grote sprongen vooruit kon maken, dacht ik: “Dit is een verhaal dat ik wel kan en wil delen met anderen.” Enerzijds omdat het redelijk uniek is, de manier waarop wij hem hebben leren kennen. En anderzijds ook omdat we tijdens dat zware jaar met hem heel veel gehad hebben aan mensen die ons hoop gaven. Ik heb die steun echt nodig gehad. Nu wil ik dat ook aan andere mensen doorgeven. Ik denk ook dat mensen behoefte hebben aan een verhaal van hoop na dit rare coronajaar. Dus dat is het derde aspect.

Boef
© Kristof Ghyselinck
Boef
© Kristof Ghyselinck
‘Hij heeft geen schrik van auto’s, want hij kent dat niet’

In je boek heb je ook fragmentjes vermeld uit je dagboek. Hoe was het om tijdens het schrijven al die gevoelens en gedachten weer te beleven, want ik kan me voorstellen dat dat heel intens is geweest?
Dat was inderdaad wel zo. In zo’n moeilijke situatie, als met Boef, sta je tegenover elkaar, je bent een beetje elkaars vijand. Hij wou niet wat wij wilden, wij konden hem niet geven wat hij nodig had. We snapten elkaar gewoon niet. Je doet dan maar door en door en door en op een dag betert dat en dan vergeet je hoe moeilijk en slecht het is geweest. Als ik dat dagboek niet had, had ik dat niet beseft. Ik heb Marnix als eerste mijn boek laten nalezen en hij was dat ook vergeten. Hij heeft het ook helemaal herbeleefd door het boek te lezen. Dat was toch een emotionele belevenis, om die dingen terug te lezen. Dat was een aspect dat ik zelf niet had kunnen voorzien.

Zou je ooit met Boef willen teruggaan naar El Acebuchal?
Ja, echt, ik zou niets liever willen dan om hem daar nog eens de bergwand te zien oprennen. Hier kan hij nooit helemaal vrij zijn door zijn enorme jachtinstinct. Als we in Antwerpen zijn moet hij zelfs aan de dubbele leiband, want we willen niet dat hij ontsnapt. Ten eerste, hij is niet gehoorzaam, hij gaat altijd aan zijn jachtinstinct gehoorzamen. En ten tweede, het verkeer. Hij heeft geen schrik van auto’s, want hij kent dat niet. In El Acebuchal zijn geen auto’s, dus dat is een van de weinige plekken waar hij echt vrij zou kunnen zijn. Hoe tragisch dat ook is. Ik zou heel benieuwd zijn om te zien hoe hij daar terug op zou reageren. Maar ik weet niet of hij nu al die lange autoreis zou aankunnen. Ik denk dat dat wel in de toekomst nog gaat lukken.

Je zal per verkocht boek ook 1 euro doneren aan Vlaamse hondenhelpers. Heb je al bepaalde organisaties in gedachten?
Ja, er zijn er verschillende waar we mee samenwerken. We hebben ongeveer in elke provincie 1 asiel uitgekozen in Vlaanderen. ‘Hunde in Not’ heeft ons geholpen, dus die willen we zeker ook belonen. We vonden het belangrijk om zeker de Vlaamse asielen te steunen. Het is niet evident om een buitenlandse hond te adopteren, veel mensen doen het uit goede wil, maar het is wel vaak zo dat het dan niet werkt. Die hondjes komen dus ook wel eens in asielen terecht hier in Vlaanderen. We hebben daarom bewust voor die Vlaamse asielen gekozen om mee samen te werken. Alle asielen  die we hebben gecontacteerd waren heel erg enthousiast. Dat is ook dankzij Gumption in Antwerpen, die ons hierbij helpt.

Om af te sluiten vind ik het ook altijd interessant om te weten wat auteurs graag lezen. Welke boeken raad je aan?
In oktober komt het nieuwe boek van Marnix uit: ‘De jacht op Ursula Graurock’. Die heb ik nu net gelezen. Het is echt weer een onvervalste Marnix Peeters, ik heb heel hard moeten lachen. Ik heb de laatste tijd dus ook veel hondenboeken gelezen terwijl ik vroeger nooit non-fictie las. Ik ben ook een grote fan van John Irving. Ook Lize Spit vind ik erg goed.

Door Tess Bonte.

Jana Elza Wuyts is van vele markten thuis. Ze werkte 10 jaar lang als journalist voor de grootste kranten van België zoals het Nieuwsblad en De Morgen. Daarna besloot ze om freelance te beginnen. Ze combineert haar schrijfkunsten met haar digitale kennis en helpt andere bedrijven hun online presence te vergroten. Ze geeft ook opleidingen over schrijven en sociale media. Als kers op de taart bracht ze in 2019 haar eerste boek uit, in samenwerking met haar man: ‘De zomer van 1939. Een tijdreis door België met de Guide Michelin’.

Meer info over haar nieuwste boek ‘Boef. Hoe ik een wilde Spaanse berghond in huis nam’ vind je terug op haar website.

 

Ontdek nog meer artikels over ...