Zeg nu eerlijk, wie houdt er niet van pannenkoeken? Ze zijn perfect om terug op kracht te komen na een frisse lentewandeling. Kaiserschmarrn verschillen trouwens niet zoveel van de pannenkoeken die we normaal op ons bord zien. Ze worden in kleinere stukken gescheurd en traditioneel geserveerd met een compote van pruimen. Maar die dikke laag poedersuiker is ook bij Kaiserschmarrn onmisbaar.
Wat hebben we nodig?
6 eieren
350 – 400 ml melk
180 – 200 g bloem (gezeefd)
3 el kristalsuiker
2 el rozijnen (optioneel)
1 pakje vanillesuiker
scheutje rum of rumaroma
beetje geraspte citroenschil
snufje zout
ca. 50 gram boter voor het bakken
poedersuiker en eventueel kaneel om te bestrooien
Hoe gaan we te werk?
Besprenkel de rozijnen met rum.
Meng de bloem en melk samen met de geraspte citroenschil in een kom.
Voeg een snufje zout toe.
Scheid de eieren, bewaar de eiwitten en meng de dooiers door het beslag.
Laat het beslag ca. 30 minuten rijzen.
Klop daarna de eiwitten stijf met de suiker en spatel ze voorzichtig door het beslag.
Laat de boter smelten in een pan met antiaanbaklaag.
Giet het beslag erin, strooi de rozijnen erover en bak de Kaiserschmarrn ca. 4-5 minuten op matig vuur, tot de onderkant goudgeel is. Keer dan de Kaiserschmarrn en bak de andere kant ook goudgeel.
Scheur daarna het deeg in kleine stukjes met twee vorken of pannenkoekenmessen (dus niet snijden). Leg de Kaiserschmarrn op een voorverwarmd bord en bestrooi ze dik met poedersuiker en kaneel.
TIP:
Traditioneel worden Kaiserschmarrn gegeten met Zwetschkenröster, een compote gemaakt van pruimen. Maar ze zijn ook heerlijk met vers fruit of appelmoes.
Meer Oostenrijkse klassiekers vind je hier.
Door Chloé Stouten.
