Meer inkomen? Meer investeringen? Meer omzet? Meer micro-economische hefbomen? Het is me wat, in die onafhankelijke journalistiek anno 2019. Vorige week bereikte ons nog het nieuws dat Charlie ermee ophoudt. Alweer een kwaliteitsvol gemaakt magazine (eerst ook in print) dat het onderspit moet delven in de mediatieke krabbenmand. Want laten we het maar een keer zeggen zoals het is, Vlaanderen blijkt een heel stuk te klein voor al die verschillende media.

Ik nam jaren geleden al de beslissing om june. enkel in het Nederlands uit te bouwen, met de focus op de Vlaamse markt. Nederlanders mogen meelezen, ze zijn zelfs van harte welkom. Maar ze doen het niet. Er is nog altijd een fundamenteel cultureel verschil met betrekking tot de consumptie van reizen en eten tussen deze en gene kant van de grens. Dat is jammer, maar we moeten het voor lief nemen. Met die dik 6 miljoen Vlamingen moeten we het stellen en zo wordt de koek verdeeld.

june. is geen need-to-read magazine. We begrijpen dat. Need-to-reads zijn de apps die je ’s morgens als eerste openklikt wanneer je nog even in bed snoezelt of harenkrabbend langs de trap naar beneden schuifelt. june. is een nice-to-read. En dat zal altijd zo zijn. Het is ons lot en onze bestemming. Je zult bij ons niet gauw ’s morgens in alle vroegte lezen waarom de Belgische coalitiegesprekken alweer zijn mislukt.

Facebook hangt echter graag de wortel voor de spreekwoordelijke ezel

Die status heeft een paar nadelen. Een website als de onze heeft veel weerhaakjes nodig om gelezen en bekeken te worden. Vastgrijpmedia, noem ik dat. Het zijn sociale media als Facebook, Instagram, soms een keer Linkedin of Twitter. Het is onze tweewekelijkse newsletter. Het zijn mensen van warmen bloede als u en ik die een artikel gaan delen op hun eigen sociale media. Het is zijne majesteit Google die, als het Hem moge behagen, je artikel of bijdrage voor één keer niet op de tweede pagina maar op de allereerste wil plaatsen. (Tussen twee haakjes, het is zo erg gesteld met Google dat de beste plek om een lijk te verstoppen welhaast de tweede pagina moet zijn.)

Facebook! We hebben zelden een speler gezien die het noodzakelijke kwaad zo belichaamt als het bedrijf van Mark Zuckerberg. Maar de trukendoos van die firma is inmiddels zo groot en divers dat we er tien nieuwjaarsbrieven mee kunnen plaveien. Sommige posts worden gesponsord, zo is dat nu eenmaal. Dat gebeurt wanneer we een bepaald artikel extra in de verf willen zetten, of als je een externe partner bereid vindt om dat zelf te betalen. Het is zo dat wij ons geld verdienen. Er is niks oneerbaars aan, want het staat er netjes bij: ‘Gesponsord.’
Facebook hangt echter graag de wortel voor de spreekwoordelijke ezel. Als je in 2018 met een post van 50 euro nog behoorlijk scoorde, dan werd dat bereik in 2019 gedecimeerd. Zegge en schrijve: gedeeld door tien. Wat doe je dan? 100 euro betalen. Dat vonden ze fijn in Palo Alto en het bereik steeg exponentieel. We verwachten dat we over een week of twee weer bij af staan en hard moeten beginnen nadenken of een post niet een keer een bedrag van 200 euro verdient.

Ik geloof enorm in de Generation GND (Green New Deal)

Een goed jaar.

Dan denk ik niet in de eerste plaats aan de leescijfers, hoewel die met 74% zijn gestegen ten opzichte van 2018. Verder hebben we niet de gewoonte om veel cijfers bekend te maken, behalve dat ze allemaal te verifiëren en controleren zijn en we niet de minste behoefte voelen om erover te gaan jokken. We publiceren gemiddeld vijf tot tien nieuwe bijdragen per week, en weten dus perfect wat er nodig is om aan ons leescijfer te komen. We weten ook zeer goed dat je geen veelvoud van ons leescijfer haalt als je maar één keer om de twee weken een bijdrage publiceert. Hard werken dus. Zeven op zeven.

Nee, ik denk in de eerste plaats aan al die jonge mensen die dit jaar gekneed zijn bij june. en klaar worden gestoomd voor het werkveld. Ik geloof enorm in de Generation GND (Green New Deal). Ik zie eigenlijk alleen maar jongelui vol vooruitgangsoptimisme. Ze weten welke enorme taak er op hen wacht. En tegelijk moeten ze ook nog een keer een baan zoeken. Dat is een veel grotere uitdaging dan mijn generatie ooit gekend heeft. En ik ben per slot van rekening ook nog geen boomer.
Ik denk ook aan de losse en wat vastere medewerkers van june., freelancers en vrijwilligers die uit liefde voor het woord en het beeld wekelijks of maandelijks een artikel of column verzorgen. Ik ben ze met heel mijn hart dankbaar.
Aan mijn kompaan Ingrid, die sinds het voorbije voorjaar mee aan de kar duwt bij june.

Laat het dat zijn wat ik je wens in 2020. Meer kwaliteit, en minder kwantiteit

2020 wordt een jaar waarin we geleidelijk aan weer wat nieuwe initiatieven ontplooien. De june. podcast wordt al vanaf januari de allerbelangrijkste. Ik keer daarmee terug naar mijn eerste grote liefde, radio. Het allermooiste medium ooit. Je zult het kunnen volgen op de website, en via Spotify en wellicht nog een ander kanaal. Ook video zal trouwens nog verder worden uitgebouwd.
We willen in de loop van het jaar ook weer eens wat recepten gaan brengen en één of twee lezersevents organiseren. Een magazine is pas rijp als de community rond dat magazine zich ook als community gaat beschouwen. We timmeren in alle bescheidenheid verder aan de weg. The sky is echt niet the limit bij june. Het mag wat meer zijn, dat zeker, maar niet ten koste van alles. Kwaliteit zal altijd belangrijker blijven dan kwantiteit.

Laat het dat zijn wat ik je wens in 2020. Meer kwaliteit, en minder kwantiteit. Meer me-time. Geniet van de warmte die de kerstdagen je brengt. En van de roetsj naar 2020.

Toni De Coninck
Hoofdredacteur

Ontdek nog meer artikels over ...