Die voortdurende stroming is een perfecte metafoor voor Bordeaux
Het belangrijkste ingrediënt van Bordeaux is geen druif, maar water. In het westen blaast de Atlantische Oceaan vochtige zeelucht en stormen het land in. Verder landinwaarts stromen de Dordogne en de Garonne samen tot de Gironde, die het gebied verdeelt in een linker- en rechteroever.
De getijden zijn hier zó krachtig dat de oceaan het water soms als één grote, berijdbare golf de rivier op duwt. Lokale surfers rijden dan kilometerslang over het opkomende tij, een spectaculair zicht. Die voortdurende stroming is een perfecte metafoor voor Bordeaux zelf: altijd in beweging, gestuurd door de wetten van vraag en aanbod.
Langs de kust werden de uitgestrekte dennenbossen van de Landes aangeplant om de wijngaarden te beschermen tegen de harde Atlantische wind. Die bomen zijn niet alleen imposant, ze vormen ook een natuurlijke barrière die de wind en regen temperen voordat ze de wijnstokken bereiken.
Zodra je de rivier oversteekt, kom je in een ander landschap terecht
Linkeroever versus rechteroever
Aan de westkant van de Gironde ligt de linkeroever, vooral bekend om de Médoc, met zijn statige kastelen en grote wijndomeinen. Het vlakke landschap rust op diepe grindlagen, overblijfselen van oude mariene afzettingen die aan de oppervlakte kwamen toen Nederlandse ingenieurs in de 16e en 17e eeuw de moerassen drooglegden met dijken en kanalen. De goed drainerende, snel opwarmende bodem is ideaal voor Cabernet Sauvignon. De wijnen uit Pauillac, Saint-Julien, Margaux en Saint-Estèphe zijn klassiekers: krachtig, elegant en gemaakt om te bewaren, al zijn ze tegenwoordig jong ook al verrassend toegankelijk.
Zodra je de rivier oversteekt, kom je in een ander landschap terecht. De rechteroever rond Libourne – met appellaties als Saint-Émilion en Pomerol – is heuvelachtig, groener en kleinschaliger. Onder de plateaus en hellingen ligt kalksteen; in de valleien overheersen zwaardere kleigronden, waaronder de zeldzame “blauwe klei” van Pomerol. De domeinen zijn kleiner, de productie beperkter, en juist dat maakt hun wijnen zo gewild. Denk aan iconen als Petrus en Le Pin. Hier speelt Merlot de hoofdrol, vaak aangevuld met Cabernet Franc. Het resultaat: fluweelzachte wijnen vol rijp fruit, ronde tannines en een heerlijke drinkbaarheid.
Bordeaux: een nieuw tijdperk
Na de moeilijke jaren na de Tweede Wereldoorlog, kampte de regio met enkele hardnekkige clichés zoals “Bordeaux is duur” of “Je vindt er enkel rode wijn die nog jaren moet bewaren”.
In de jaren tachtig brak er een nieuw tijdperk aan, aangevoerd door de invloedrijke wijncriticus Robert Parker. “Hij maakte Bordeaux weer sexy,” vertelt Fiona Morrison MW (Master of Wine) van Thienpont Wine.
“Er kwam nieuw kapitaal, kelders werden gemoderniseerd en producenten begonnen per perceel te vinifiëren in plaats van alles samen te vergisten. Dat leverde rijper fruit, schonere wijnen en een wereldwijd publiek op. Zo begon het moderne wijngaardtijdperk waarin we nu leven. Sindsdien ligt de focus meer dan ooit op de wijngaard zelf. De wijnmakers brengen de ondergronden in kaart, perfectioneren het bladerbeheer en experimenteren met biologische en biodynamische teelt. De hygiëne verbeterde, oxidatie verdween en de oogst werd zorgvuldiger.”
“Klimaatverandering is intussen zowel uitdaging als kans: warmere, drogere zomers zorgen voor betrouwbaarder rijpe druiven en minder ‘groene’ jaren. Bordeaux moet leren omgaan met hitte en droogte, maar het resultaat is rijper fruit en constantere kwaliteit. Over de hele lijn – van betaalbaar tot exclusief – zijn de wijnen vandaag levendiger, frisser en aangenamer dan twintig jaar geleden”, besluit Fiona.
Het moderne Bordeaux is data-gedreven. Wijnmakers wisselen wereldwijd kennis uit, wijnscholen trekken studenten aan van overal, en producenten zoeken een balans tussen traditie en techniek. Grote kastelen blijven ambachtelijk door zorgvuldige teelt, terwijl kleine domeinen durven vernieuwen zonder trucjes. Het gezamenlijke doel: helderheid in het glas, wijn die proeft naar de plek waar hij vandaan komt.
Waar te beginnen: vijf tips voor nieuwe Bordeaux-drinkers
– Castillon Côtes de Bordeaux, Francs Côtes de Bordeaux, Bordeaux Supérieur of instap-Saint-Émilion: Merlot-gedreven, zachte tannines en charmant soepel.
– Linkeroever AOC Médoc: Cabernet-blends met pit en structuur, toetsen van zwarte bes en ceder. Probeer de tweede wijnen van bekende kastelen!
– Entre-deux-Mers: frisse Sauvignon/Semillon-blends, jong gebotteld, perfect als aperitief of bij sushi en salades.
– Bordeaux blanc uit Pessac-Léognan of Graves: stijlvolle witte wijnen, soms houtgelagerd voor meer diepte, soms strak en mineraal. Proef beide stijlen om je voorkeur te ontdekken.
– (Zoete) Sauternes of Barsac: gekoeld serveren bij blauwe kaas, gefrituurde kip of pâté, onverwacht én onweerstaanbaar.
Door Renske De Maesschalck.